Biologische glastuinbouw: ook in de kas zo dicht mogelijk bij de natuur

De biologische glastuinbouw is een vak apart. Bij een kas denk je misschien niet meteen aan natuur en biologisch. Toch draait het bij biologisch altijd, ook in de kas, om zo dicht mogelijk bij de natuur blijven. Met veel kennis en aandacht zorgen glastuinbouwers voor de bodem, gewassen en alle levensprocessen in de kassen. Zo ook Ron van Dijk. Op zijn biologische groentekwekerij wordt al een halve eeuw op biologische wijze geteeld, en hij vertelt wat er zo bijzonder aan het vak is.

Een halve eeuw op dezelfde grond
“Mijn vader is in 1970 omgeschakeld naar biologisch en in 1995 heb ik het bedrijf overgenomen. We telen dus al een halve eeuw op ditzelfde stuk vruchtbare grond.” vertelt Ron met trots. Vaak wordt gedacht dat het niet mogelijk is om decennia lang onder glas op één stuk grond te telen, maar het bedrijf van Ron bewijst dat het kan. “We zorgen ervoor dat de grond gezond en in optimale conditie blijft. Dit doen we voornamelijk door middel van compost, het selecteren van ziekte-resistente gewassen en vruchtwisseling. Het draait altijd om het gezond houden van de bodem en het bodemleven. We zijn constant bezig met de bodem zo goed mogelijk te voeden, zodat de plant de voeding weer uit de grond kan halen.”

Glastuinbouw in de volle grond
Biologisch staat voor dicht bij de oorsprong blijven, meedenken met de natuur en werken in kringlopen en ecosystemen. Daarom telen biologische glastuinbouwers niet op substraten zoals steenwol, maar gewoon in de volle grond. De planten halen zo, via hun wortels, hun kracht uit de aanwezige voedingsstoffen en mineralen in de bodem. De teler zorgt er het hele jaar voor dat de bodem in topconditie blijft. Het evenwicht in de bodem zorgt dan voor sterke planten die tegen een stootje kunnen. Dat gaat echter niet vanzelf: het is noodzakelijk dat de teler veel weet over de plant, bodem en biodiversiteit om de kwaliteit van zijn planten en oogst te beschermen. Er is veel kennis, tijd en aandacht van de teler nodig om de kans op ziekten en plagen zo klein mogelijk te houden. Biologische telers hebben veel slimme manieren om hun gewassen op een natuurlijke wijze te beschermen en de bodem gezond te houden. Naast het kiezen van ziekte-resistente gewassen, zijn vruchtwisseling en compost twee hele belangrijke manieren om te werken aan vitale gewassen met een gezonde bodem en biodiversiteit.

Vruchtwisseling en natuurlijke vijanden
Vruchtwisseling is het afwisselen van gewassen. Door vruchtwisseling blijven de bodem en planten vitaal, en krijgen insecten en andere organismen minder kans om zich tot een plaag te ontwikkelen. Hierdoor vermijden biologische telers ook het gebruik van bestrijdingsmiddelen. Vruchtwisseling gebeurt veel in de open teelten, maar ook in de kas. Op de akker is de vruchtwisseling vaak een stuk ‘ruimer’ dan in de glastuinbouw. Een gewas wordt bijvoorbeeld eens in de zes jaar tot acht jaar geteeld, terwijl de kassen zo zijn ingericht dat de meeste telers elke twee jaar hetzelfde gewas telen. In Nederland wordt in de biologische glastuinbouw voornamelijk komkommers, tomaten en paprika’s geteeld, maar ook aubergines en bladgewassen. Vaak wisselen telers jaarlijks tussen twee van deze gewassen.
Om zo min mogelijk in te hoeven grijpen in de natuurlijke groei van de planten, zetten telers zogeheten ‘natuurlijke vijanden’ in die de gewassen beschermen. Zo leggen ze bloemenranden aan om de aanwezigheid van natuurlijke vijanden te bevorderen, zetten ze lieveheersbeestjes uit tegen bladluis en plaatsen ze nestkasten om vogels aan te trekken.

Compost en natuurlijke mest om de bodem te voeden
Biologische telers houden hun bodems en gewassen ook gezond door compost te gebruiken. Compost zorgt er onder andere voor dat de bodem goed vocht kan blijven vasthouden, en het zorgt voor een levendige biodiversiteit. Biologische telers gebruiken ook vaak dierlijke mest om de bodems te voeden. De mest die telers dan gebruiken moet minimaal 70% biologisch zijn. Veel telers hebben daarom een samenwerking met een biologische veehouder in de buurt waar ze natuurlijke mest van kunnen afnemen. Zo ontstaat er een natuurlijke kringloop. Biologische veehouders zijn verplicht ervoor te zorgen dat de mest van hun dieren op biologisch gecertificeerde grond terecht komt. Op deze manier is biologische mest geen restproduct, maar heeft het echt waarde. Een win-win situatie!

Nooit meer iets anders dan bio
“De biologische glasteelt is kortom, heel bewerkelijk.” vertelt Ron. “Bij biologisch denken we altijd op de lange termijn, we zijn altijd preventief bezig. We proberen het land zo sterk mogelijk neer te zetten, met een zo goed mogelijke bodemstructuur en een optimale conditie zodat de gewassen zo min mogelijk stress ervaren. Ik ben natuurlijk nooit zelf omgeschakeld naar biologisch, maar ik ben op een biologisch bedrijf opgegroeid: ik ken niets anders.” vertelt Ron. “Ik heb wel op gangbare bedrijven stage gelopen, maar hierdoor ben ik er alleen maar achter gekomen dat ik niks anders zou willen dan bio. Dat is voor mij geen keuze meer.” Vooral de afwisseling, de uitdagingen en het persoonlijke contact vindt Ron het bijzondere aan zijn biologische bedrijf. “Met biologisch ben je bezig op de lange termijn. Je bent bewust aan het werken voor de toekomst en voor de generaties die na jou komen. Je zorgt ervoor dat zij ook op een goede manier verder kunnen.”

Ron teelt voornamelijk biologische tomaten en paprika’s in zijn kassen. Hiermee kan je bijvoorbeeld een heerlijke moussaka van groenten met tahin-yoghurt of taco’s met seitan, broccoli en rokerige paprikasaus maken.

Meer weten over biologisch?
Lees hier waar je voor kiest als je biologische producten koopt, wat het verschil is dus biologisch en biologisch-dynamisch en wat de voordelen zijn voor mens, dier en milieu!

Biologische producten zijn makkelijk te herkennen aan het Europees biologisch keurmerk (het groene ‘blaadje’).

Op de hoogte blijven? Volg Bio lekker voor je op Instagram en Facebook!


Terug naar overzicht