Reactie Bionext op eindrapport van Johan Remkes over de stikstofproblematiek
Woensdag 5 oktober presenteerde Johan Remkes zijn eindrapport “Wat wel kan”, over de stikstofproblematiek. Hierbij onze reactie op het veelomvattende en uitgebreide rapport. Wij herkennen dat bijna alle partijen zich gezien en gehoord voelen met het rapport. Bionext merkt op dat Remkes twee grote zaken benoemt:
- Vertrouwen: Het rapport gaat nadrukkelijk en uitgebreid in op wantrouwen en schetst hier diverse voorbeelden van. Remkes roept de agrarische sector en het kabinet op samen te werken en compromissen te sluiten. Wij herkennen deze analyse en zullen ons daarom in blijven zetten om een brugfunctie te vervullen om zo ons steentje bij te dragen aan het opbouwen van vertrouwen.
- Integraliteit: De genoemde opgaven (naast stikstof onder andere ook klimaat, dierenwelzijn, water, bodem en gezondheid) worden gekoppeld aan de noodzaak van een concreet verdienmodel. Er wordt geadviseerd dat dit moet leiden tot een landbouwakkoord. Vanuit de biologische sector werken we graag mee aan de totstandkoming van dit landbouwakkoord.
Het is hoopvol dat Remkes diverse acties noemt om extensieve ketens, zoals de biologische landbouw, te laten groeien zodat het ook een perspectief kan zijn voor een grote groep Nederlandse agrarische ondernemers. Van afnamegaranties voor biologische telers en veehouders, het dempen van kosten, de verplichting dat supermarkten en food service bedrijven biologische producten afzetten en dat naast ketensturing ook consumentenbeïnvloeding van groot belang is.
Erkenning
Daarmee krijgen we als biologische sector erkenning voor onze prestaties en de bijdrage die we in de toekomst willen gaan leveren. In alle sectoren, en op alle plekken, ziet Remkes ruimte voor vormen van biologische landbouw. Wij roepen we het kabinet op dit ter harte te nemen en in actie te komen om de keten en consument in beweging te brengen. Zodat de biologische sector het perspectief kan zijn dat boeren nodig hebben.
We zijn blij dat Remkes ook heeft geluisterd naar de boeren. Zo stelt hij voor dat bedrijven gaan werken met emissies in plaats van depositie, met een afrekenbare stoffenbalans waar de boer zelf meer aan het stuur zit. Hiermee zijn Biohuis, Natuurweide en WUR al een pilot gestart, met het project ‘BioMonitor’ voor melkvee. Remkes stelt tevens voor om meer te focussen op de staat van de natuur, met een minder absolute rol voor de KDW (kritische depositie waarde). Zijn voorstel om in 2025 en 2028 de exacte eindtermijn te heroverwegen, lijkt realistisch. Het is goed dat de stikstofopgave nu ook wordt neergelegd bij de gehele samenleving en andere sectoren, zoals industrie, bouw en mobiliteit.
Biologisch wordt in het rapport erkend en regelmatig benoemd als mogelijk perspectief, voor de tuinbouw en sierteelt, akkerbouw als veeteelt. Desondanks blijft met dit rapport nog steeds veel juridisch onduidelijk. Juist ook voor biologische boeren. Een houdbaar juridisch systeem, dat onze vorm van bedrijfsvoering erkent, is nodig om biologische bedrijfsvoering mogelijk te houden en te kunnen bevorderen.
Terug naar overzicht